Truyen2U.Net quay lại rồi đây! Các bạn truy cập Truyen2U.Com. Mong các bạn tiếp tục ủng hộ truy cập tên miền mới này nhé! Mãi yêu... ♥

Hoofdstuk 50: get ready

Zijn hand gleed van mijn kaak naar mijn haar terwijl hij mij zoende. 'Je maakt me gek, op een positieve manier,' mompelde hij toen hij de kus langzaam verbrak. 'Maar je moet hier nu wel weg.' 

Mijn handen gleden naar zijn heupen. 'Waarom?' 

'Het serafiniet versterkt je duistere magie,' zei hij, zijn ogen waren nog steeds op mijn lippen gefixeerd. 'En ze verzwakken licht magie.' 

'Net zoiets als zwaardstenen?' vroeg ik, nog niet gemotiveerd genoeg om de aanraking te verbreken. De zwaardstenen hadden wij immers gebruikt om de schaduwbanden mee los te breken toen ik net in de hemel was aangekomen. Dat leek al een eeuwigheid geleden.

Hij knikte. 'Het serafiniet wordt gebruikt door mijn leger. Het zit onder meer in de schaduwbanden.' Zijn ogen schoten naar mijn ogen. 'We moeten ons leger inlichten.' 

Speels hield ik mijn hoofd scheef. 'Ons leger?' 

Hij stak zijn tong uit, en duwde mij richting de uitgang van de tombe. 'Ik denk dat het het beste is als jij naar de hemel gaat om samen met Katana dat gedeelte van ons leger klaar te maken. Als Katherine echt hier is, moeten we onze zaakjes op orde hebben.' 

Ik verlichtte de gang met mijn vuur. Een duister gevoel bekroop mij. 'Dus de oorlog staat echt voor de deur, of niet?' 

'De oorlog is al begonnen.' 


Ik frunnikte aan de riem van mijn gevechtstenue. Voor alle zekerheid droeg ik twee dolken bij mij. Jurian had mij een kleine hoeveelheid serafiniet mee gegeven voor Katana. Het zou haar sterker maken zodat ze mij kon beschermen.

Bij die woorden had ik gesnoven. Ik kon mij prima zelf beschermen. Al was het stiekem best een fijn idee om iemand te hebben die mij rugdekking kon geven wanneer Jurian er niet was.

'Het voelt niet goed om uit elkaar te gaan,' merkte ik zachtjes op. Ik durfde hem niet aan te kijken omdat ik niet wist of ik aan strategie of mijn eigen gevoelens dacht. 

Hij tilde mijn kin omhoog en keek mij aan. Er stond vertrouwen in zijn ogen. 'Hé, met twee dagen zien we elkaar weer. Het komt heus wel goed. Het enige wat je hoeft te doen is de engelen verzamelen, er een leger van te maken en ze mee te nemen door de poort naar hier.' 

Mijn ogen gleden naar de hemel-, dan wel helpoort, die gonsde. Ja, dat was het plan. We hadden het doorgesproken en we hadden er zo min mogelijk tijd voor uitgetrokken. Dan kon er ook niets mis gaan.

'Feline, vergeet nou eens niet hoe sterk je bent. Jouw twijfel is nergens voor nodig. Je hebt daar geweldige mensen die jou gaan helpen.' 

Ik greep zijn shirt. 'Maar ik wil jou. Alleen jou.' 

Hij sloot zijn ogen, grinnikte even, en keek mij met een vernieuwde blik aan. 'Er was een tijd dat ik alleen van die woorden kon dromen.' Zijn handen sloten zich om de mijne. 'Maar je zal me moeten verdienen.' Hij knipoogde. 

Ik rolde met mijn ogen en liet hem los. 'Net wanneer ik dacht dat je een iets minder arrogante zak begon te worden, weet je dat weer te verpesten.' 

Voordat ik helemaal uit zijn bereik kon stappen, sloeg hij zijn armen om mijn heupen en trok hij mij naar zich toe. 'Kom hier.' Hij kuste mijn voorhoofd. 'Twee dagen. Dan ben ik van jou en jij van mij.' 

Ik ademde diep in, nam zijn geur diep in mij op. 'Oké.' 

'Hup, en nu moet je gaan, want de avond valt in.' 

Ik knikte, drukte mijn lippen nog één keer op zijn wang en maakte mij toen los uit zijn greep. 'Doe niets doms als ik weg ben,' knipoogde ik.

'Ik zou niet durven.' 

Ik had al een voet door de poort gezet. 'En let op Gabe, waar hij dan ook mag zijn.' 

Hij knikte. Dat was het laatste wat ik zag. 

Mijn hoofd duizelde even terwijl ik de vochtige lucht van de hel voor de droge lucht van de hemel verruilde. De schemering wierp vreemde schaduwen op het groene veld, maar buiten dat, voelde het normaal. Hier was geen spoor van Katherine. Hier was het rustig, vredig. Nog wel.

Ik toverde mijn vleugels tevoorschijn en sloeg ze op. Tijd om mijn vrienden weer terug te zien. Dat was tenminste een leuk vooruitzicht. Ik had niet verwacht dat ik ze terug zou zien voor de oorlog was begonnen.

Tegen de tijd dat ik bij de stad was, bonsde mijn hoofd en was ik zwaar geïrriteerd. Jurian had mij al verteld dat dat kon gebeuren door de hoeveelheid serafiniet in mijn rugzak. Ik moest dat afgeven aan Katana. 

Ik liep het appartementencomplex in en nam de lift naar de bovenste verdieping: Yrianthe's oude kantoor. Het zou een uur of zeven, hooguit acht, moeten zijn. Dan moest er toch nog wel iemand aanwezig zijn? Ashlynn was altijd lang bezig geweest met haar werkzaamheden toen ze nog onder het regiem van Yrianthe diende. 

De deur aan het einde van de gang was dicht. Hoopvol klopte ik tweemaal. Ik durfde er niet aan te twijfelen dat ik al op enkele beveiligingscamera's gespot moest zijn. Het feit dat ik nog niet staande was gehouden, moest betekenen dat ik nog dezelfde positie bekleedde als toen ik hier weg ging.

Ik was hun leider. Dat beangstigde mij nog steeds. 

'Kom binnen,' klonk Ashlynns zangerige stem.

Ik zwaaide de deur open en leunde tegen de deurpost. Ashlynn stond over het bureau gebogen. Ze had een frons op haar gezicht en ze brak haar blik niet los van de kaart die op het bureau uitgestald lag. 

'Hmm?' vroeg ze enkel. 

'Als je druk bent kan ik natuurlijk ook op een ander moment terug komen,' merkte ik luchtig op. Ik hoorde de irritatie in mijn stem en wist dat ik zo snel mogelijk afstand moest doen van mijn rugzak. 

Haar hoofd schoot omhoog, ze slaakte een klein gilletje en stond binnen twee seconden voor mijn neus om mij in een omhelzing te trekken. 'Je bent terug!' Opeens duwde ze mij van zich af. 'Wat hangt er om jou heen? Ik krijg er vreselijke hoofdpijn van.' 

'Oh, dat,' ik sloeg mijn rugzak af en gooide die van mij af. 'Dat is voor Katana. Zwart serafiniet, het versterkt haar duistere magie.' 

Ashlynn fronste. 'Wacht, waarom heb je dat meegenomen?' Haar ogen versomberden en er verscheen een groot vraagteken.

Ik knikte kort. 'Het is oorlog. We verzamelen ons leger en slaan dan toe.' 

Ashlynn rechte haar rug en knikte ferm. 'Oké. Vertel me wat ik kan doen, Feline.' 

Ik haalde diep adem en zuchtte. 'Ik wil dat je mij rapporteert wat er in mijn afwezigheid is gebeurd. Hoe groot onze gelederen zijn, hoe sterk we zijn. En ik wil dat je een banket organiseert met alle belangrijke legeraanvoerders. Ik wil weten wat voor vlees ik in de kuip heb.' 

Bạn đang đọc truyện trên: Truyen2U.Com